De oude stad van Matara is gelegen op een landtong tussen de oceaan en een groene lagune, en wordt beschermd aan de landzijde door een 13 meter dikke, 5 meter hoge wal. Aan alle andere kanten is het onbeschermd afgezien van de natuurlijke barrière van het water. De drie parallelle stroken met huizen in koloniale stijl staan der rustig bij, want vandaag de dag vindt de actie plaats in de nieuwe stad. De dikte van de wal is indrukwekkend wanneer je op de top bent, maar anders is er niet veel te zien. De gateway is verminkt door verkeersborden, posters, bannieren en bedrading, en op de top van de wal is een moderne klokkentoren is gebouwd. De bastion aan de kust werd gesloopt om plaats te maken voor de kustweg die leidt naar de stad. Achter de muren is een leeg veld die in de Nederlandse tijd was beplant met bomen. Naar links, aan de kust, is een Guesthouse, en de gebouwen in de rechterhoek, naast de rivier, worden nu gebruikt door de politie. Aan de andere kant van het veld is een mooi kerkje. Boven de deuropening is de datum 1769 zichtbaar, toen er ernstige schade werd aangericht tijdens de 'Matara opstand' werd het daarna weer gerepareerd. Het toont een gelijkenis met de kerk in Kalpitiya, de pilaren en ook de veranda's langs de zijkanten, met de deuropeningen. De voordeur is aan de korte kant en is waarschijnlijk een onderdeel van de renovatie in de Britse tijd.
Achter de stad waren vroeger vier olifanten stallen stonden die soms tot en met 80 olifanten huisvesten en verder was er een tank waar de olifanten werden gewassen. Matara was een centrum voor de olifanten handel in die dagen. Geen sporen van deze handel werden achtergelaten. Aan het einde van de landtong is vandaag de dag een klein vissersdorpje.
De lagune is de uitlaat van de Nilwala rivier. Daar werd gebruikt gemaakt van een simpele drijvende brug met een ophaalbrug in het midden, nu is er een stalen brug die leidt naar de nieuwe stad Matara.